Ah, voorjaar! De vogeltjes fluiten en alle fietsers komen in hun nagelnieuwe tenues weer buiten. Maar hoe wordt onze wielerkledij eigenlijk gemaakt? Wij zetten koers richting Vermarc Sport in Rotselaar en ontdekten er alles over het uitgebreide ontwerp- en productieproces.
“Marc zit nog aan de andere kant van de straat”, krijgen we direct te horen bij onze entree in de moderne showroom. Die ligt aan de overkant van Vermarcs drukatelier. Na enkele minuutjes rondkijken neemt zaakvoerder Marc Verbeeck ons snel mee naar zijn bureau. Snel, zo ging het ook in de beginjaren van Vermarc Sport. “Toen mijn vader Frans in 1976 stopte met koersen, zou hij de fietsenzaak van zijn vader overnemen maar dat zag hij niet echt zitten. Mijn vader moest zelf nooit aan fietsen sleutelen dus wist hij er eigenlijk bitter weinig van”, vertelt Marc. “Tijdens zijn laatste jaar als profrenner had hij enkele koersbroeken gekregen van iemand uit Italië. Die vond hij zo goed waardoor hij met het idee begon te spelen om die fietskledij te gaan verdelen en later zelf koerskleren te maken. Hij kocht wat stuks aan, stockeerde alles in twee garages en verkocht het weer door in België.” Het jonge Vermarc Sport groeide haast even snel als Frans met de fiets kon rijden, waardoor hij aan de overkant van zijn garage een magazijn liet neerpoten. Wat begon met drie werknemers is 43 jaar later een groot bedrijf geworden met meer dan dertig werkkrachten in België en nog eens meer dan tweehonderd in Italië.
Vermarc Sport heeft doorheen de jaren gigantische evoluties meegemaakt. Eind jaren ’70 was het nog de periode van wollen truien en broeken, maar kort erna kwamen polyester shirts en lycra broeken op het voorplan. Door Verbeecks grote interesse voor die nieuwe stoffen werd hij een van de pioniers ervan. “Toch was het niet zo eenvoudig voor mijn vader”, klinkt het bij Marc. “Hij moest veel investeren om een steeds betere druktechniek te ontwikkelen, en dat doen we nu nog steeds. Tot zo’n acht jaar geleden was zeefdruk de meest populaire methode. Toen werd alles kleur per kleur op papier gedrukt en nadien op het shirt. Nu is dat haast volledig overgenomen door digitale printers die alle kleuren tegelijk kunnen drukken. Dat gaat overigens een pak sneller want onze nieuwste printer kan tot zeshonderd tenues per dag drukken. Die machine werd hier trouwens voor het eerst in de wereld geïnstalleerd!” Imposant, he?
We luisteren naar je designwensen en raden aan welke reeks het best aansluit bij jouw noden.
Als je graag een tenue wil laten maken bij Vermarc Sport dan kun je er op alle mogelijke manieren terecht. Momenteel wordt er achter de schermen ook druk gewerkt aan een nieuwe online tool die komende winter gelanceerd zal worden, maar daarvoor moeten we nog even geduld hebben. “In de eerste fase stellen we voor om een afspraak te maken zodat we de mogelijkheden kunnen bekijken en onze lijnen voorstellen”, begint Marc. “Dat kan in onze toonzaal in Rotselaar, maar we hebben ook drie vertegenwoordigers die naar je toe komen. We luisteren naar je designwensen en raden aan welke reeks het best aansluit bij jouw noden. Ons gamma bestaat uit drie kwaliteitslijnen: PR.R Line, Sportline en Essential Line. Die verschillen van elkaar in kwaliteit, technologie en pasvorm. De meesten kiezen voor een Sportline-bovenstuk in combinatie met een PR.R Line-broek. Een duurdere broek wordt vaak aangeraden omdat de kwaliteit ervan een groot deel van je fietservaring bepaalt. Voor zo’n tien euro meer krijg je echte topkwaliteit waarmee onze WorldTour-renners ook rondrijden. Is dat veel, tien euro? Langs de ene kant wel, maar als je in het weekend na een training drie trappisten drinkt, dan heb je dat geld ook uitgegeven.” Onze voorkeur gaat alvast uit naar een topbroek waarvan we elke rit kunnen genieten.
Na de goedkeuring van de offerte, wat de tweede fase is, volgt de derde stap: het designproces. “Dankzij onze online tool kunnen de mensen ideeën gebruiken voor een mooi ontwerp en al eens spelen met kleuren en logo’s. Voor onze vijf ontwerpers is het heel belangrijk om te weten wat de klant graag ziet. Sommige clubleden hebben graag fluo en flashy, terwijl de iets oudere garde het wat klassieker houdt. Dan is het aan ons om daar een compromis voor te vinden waarmee iedereen akkoord gaat. Als er veel sponsors op het tenue moeten, is er weinig ruimte voor design. Maar tegenwoordig zijn er steeds meer clubs die geen sponsors op het shirt plaatsen op hun eigen logo na. Elk clublid betaalt dan zijn tenue, waarbij wel heel veel ruimte is voor een origineel ontwerp. Na twee of drie aanpassingsrondes van het design is het finale ontwerp meestal goedgekeurd”, aldus de gepassioneerde zaakvoerder. Het designen loopt trouwens parallel met een andere stap waarbij Vermarc Sport een passet opstuurt. Zo kunnen alle leden perfect ondervinden wat voor hen de beste maat is.
Als alle gewenste maten en hoeveelheden eenmaal zijn doorgeven, zet het Vlaamse bedrijf de effectieve productie in gang. Dat begint met het digitaal printen van de ontwerpen. In het ruime drukatelier in Rotselaar staan zeker vier ‘kleinere’ printers en nog eens twee mastodonten in aparte kamers. Als je die ruimtes binnenstapt, merk je onmiddellijk dat de lucht er erg vochtig is. Deze omgeving zorgt ervoor dat er geen stofdeeltjes op het transferpapier komen en bovendien blijft ook de inkt zo het best aan het papier gehecht. Met inkt op waterbasis worden de gewenste kleuren gedrukt op papier, en dat netjes in de vorm en ware grootte van shirt en broek. Als je bijvoorbeeld het design wil drukken voor een XS-shirt, dan staat dit erbij op het papier. We hebben het niet aangedurfd, maar als je je naast de vier meter lange printer zou leggen, dan merk je dat de outfit op mensenmaat uit de printer rolt. Wanneer het ontwerp op alle shirts en broeken voor de club is geprint, dan gaan de papierrollen richting Italië. Daar drukken ze de designs op stoffen, waarbij de kleuren van het papier worden overgezet op de stoffen.
Nadien snijden ze alles perfect op maat en uiteindelijk wordt je outfit geconfectioneerd. Tot slot vertrekt de kledij terug naar België en zorgt Vermarc Sport voor de verzending naar de klant. Per dag gaan er zeker dertig zendingen de deur uit naar clubs, winkels of bedrijven. En dan kan het fietsen eindelijk beginnen!
Voor Vermarc Sport is enkel het beste materiaal goed genoeg. “Mijn vader probeerde tijdens zijn carrière als profrenner overal het maximum uit te halen en dat was ook zijn doel met zijn bedrijf. Hij wilde de beste fietskledij op de markt brengen”, vertelt Frans’ zoon en troonopvolger. Om die steengoede kwaliteit te kunnen garanderen, werkt het Vlaamse bedrijf voornamelijk met Italiaanse stoffen. “80% komt uit Italië en in samenwerking met onze Italiaanse tak hebben we gedurende drie jaar ook een productielijn lopen in Bosnië en Herzegovina. In de beginjaren van Vermarc Sport was Italië toonaangevend in het wielrennen. Zowel qua fietsen, groepsets als wielerkledij. Nu plukken ze de vruchten van hun rijke geschiedenis in de koers want hun knowhow is van goudwaarde om de beste wielerkledij te kunnen maken”, luidt het vol vertrouwen. De jacht op de beste stoffen? Die verloopt ondertussen redelijk vlot. “Omdat we ondertussen al gekend zijn in de wielerwereld komen de stoffenfabrikanten vaak zelf naar ons. Eerst testen we de nieuwigheden zelf en als we iets interessant vinden, dan schakelen we onze testrenners in. Bij Lotto Soudal en Deceuninck – Quick-Step hebben we telkens vijf testrenners die ons constructieve feedback geven. Iljo Keisse is er zo een. Hij is kritisch over zijn kledij en geeft tips hoe we nog kleine details kunnen aanpassen. Op basis daarvan verbeteren we steeds onze collectie. En kort erna krijgen ook alle niet-profs en recreanten onze nieuwste ontwikkelingen te zien.” Getest door de beste renners ter wereld, en dat allemaal voor ons. Klinkt mooi, toch!
Vijf uur trainen terwijl de regen met bakken uit de lucht valt? Geen probleem want je lijf blijft gewoon droog.
Na ruim veertig jaar heeft Vermarc Sport al heel wat nieuwe technologieën en stoffen zien passeren. De laatste jaren staat alles in het teken van aerodynamica en ook die trein laten ze niet zomaar voorbijrijden. “Denk maar aan onze sprintpakken die 2-3% voordeel geven op vlak van wattage. Dan spreken we op 200 meter over zo’n 15 centimeter. Dat lijkt niet veel, maar soms maakt zo’n pak dus het verschil tussen winst of verlies. We zouden ze zelfs nog sneller kunnen maken, maar dan boeten we in aan comfort. Dat houden we dus voor onze tijdritpakken waar comfort van ondergeschikt belang is. Ook in de ontwikkeling hiervan zijn onze topteams heel belangrijk. Enkele jaren geleden reed het peloton tijdens de Giro in verschrikkelijke omstandigheden. Daar hebben we aandacht aan besteed en zo is onze nieuwste evolutie op vlak van regenkledij er gekomen. Daarin hebben we twee tegenpolen gecombineerd: aerodynamica en waterdichtheid. Vroeger droeg iedereen wapperende regenjasjes, maar nu zijn het aerodynamische regentruien geworden die je ook in het voorjaar kunt dragen. Onze e-Vent-vest kost wat meer, maar die vervangt wel twee andere items. Vijf uur trainen terwijl de regen met bakken uit de lucht valt? Geen probleem want je lijf blijft gewoon droog. Zo zie je dat onze research en profrenners ook veel voordelen bieden voor iedere fietser”, besluit Marc. Bedankt, Iljo en co!